Dankbaarheid

Komt dat zien komt dat zien, bulderde het uit de boxen van de jaarlijkse kerstmarkt. In het hoekje stond altijd een klein theatertje waarin kindervoorstellingen werden gehouden. Terwijl Evy de hele tijd tegen me zei: ‘Mama mama dat wil ik zien’, trok Jeroen heftig snikkend aan mijn mouwen. Oké oké kinderen jullie mogen ernaartoe maar dit is dan wel écht het laatste jaar. De twee kindergezichtjes begonnen te glunderen en ze gingen het theatertje in.
Ik hoor het mezelf iedere keer opnieuw zeggen: ‘Maar dit is dan wel écht het laatste jaar’. Zwakheid. Ik kan niks anders dan ja zeggen als ik naar de droevige gezichten van mijn kindjes kijk. Onder het mom ‘Ik moet alles voor ze over hebben’, gaf ik ze alles wat hun hartje begeerde maar niets leek goed genoeg. Het jaarlijkse gebruik om met kerst naar Oma en Opa te gaan was er al uitgewaaierd omdat de kinderen daar geen meer in hadden. Punt.
Arrogantie, dat was het. Toch gaf steeds weer toe aan de arrogantie van mijn schatjes.
‘Mama mag ik een brandweerauto?’ maar natuurlijk schat.
‘mama mag ik een hele grote knuffelbeer?’ maar natuurlijk schat. Het werd ieder jaar gekker. Over een paar jaar is het zeker: ‘Mama mag ik een vriendin?’ maar natuurlijk schat, ik zal er in de stad wel even eentje voor je uitzoeken en schaf meteen een niet goed geld terug garantie voor je aan.
Nou ja, ik moest me maar niet te druk erom maken, uiteindelijk gaan ze toch hun eigen weg. Nu niet aan denken Sas, sprak ik mezelf toe.
‘Schatje kom je even naar beneden?’ riep ik mijn dochter toe, waarop een geïrriteerde ‘Wat?!’ volgde. ‘Mama heeft hulp nodig met de kerstboom opzetten’ ‘Nee geen zin in’. Acceptatie acceptatie acceptatie ging als een mantra door mijn hoofd. NEE! Er viel verdomme niets te accepteren. Mijn kinderen hoorden mijn regels maar eens te accepteren. We leefden al lang genoeg in de omgedraaide wereld. ‘Evy kom NU naar beneden!’ en ja hoor, nog geen halve minuut later stond ze braaf onder aan de trap. ‘Hoi schat. Luister goed: we gaan het vanaf nu op mama’s manier doen, en mama zegt dat we nu samen de kerstboom op gaan zetten’. Aan mijn stem was duidelijk dat het nu menens was, daarom kreeg ik een brave ‘Oké mama’ als antwoord. We gingen gezellig samen de boom opzetten, voor zover het nog gezellig kon zijn.
Dat was dus mijn cadeau van de Kerstman dit jaar: assertiviteit. Zo dankbaar was ik nog nooit in mijn hele leven geweest.