De lagune
De geborgenheid
De warmte, zo pijnlijk
De vogel doolt rond
Op zoek
Maar het vlucht
Verder en verder
Opgehitst, opgefokt
Elke boom is bezet
De takken zouden kunnen
Af
Kraken
Gevaar lonkt vanuit de zachtste vuren
En holtes
De aasgier kijkt niet meer
Ter
Aarde
Het maakt hem mens
Helaas
Zwak
Zacht als was
Een zelfmedelijdend stuk liefdesongeluk
De gier geniet
Denk ik
Ik klamp me vast
Neem me mee!
O Gier
Voer me
Naar de plaats waar
Niemand snappen kan
De bodemloze onbevattelijkheid
De diepte der vergetelheid
En ik zal me verheffen
Als jij
Te hoog om door
Brandende pijlen
Getroffen te worden
Ik word bewonderd
Dat zal mijn kracht worden
Maar de hemel is diep
En affectiegolven geabsorbeerd
Ik zal ontkennen
Door intense smacht geautomutileerd